BIOGRAFIE
Ik ben Brunhilde van Vuuren-Loewe, in 1942 in Boppard (Duitsland) geboren als Brunhilde Loewe. Ik woonde samen met mijn moeder in huis bij mijn opa en oma, omdat mijn vader aan het eind van 1944 in Rusland is gesneuveld. Mijn ouders hebben uiteindelijk maar een heel kort huwelijk gehad: ze hebben elkaar in Boppard leren kennen en ze zijn in 1939 getrouwd. Kort daarna werd mijn vader opgeroepen voor dienst. Hij vond het afschuwelijk, maar hij had geen keus. Hij is toen vrij snel richting Rusland gestuurd, daarna kwam hij met tussenpozen even thuis. De laatste keer dat hij thuis was, aan het eind van de oorlog in 1944, zei iedereen tegen hem: ‘ga onderduiken, ga niet meer terug naar Rusland, doe het niet’. Mijn vader heeft toen tegen m’n moeder gezegd: ‘dat kan ik niet doen, want als ze me ontdekken, wordt ik doodgeschoten en jullie ook.’ Dus hij is terug gegaan naar Rusland en daar is hij uiteindelijk op de terugtocht doodgeschoten, bij de laatste trein die naar Duitsland zou vertrekken.
Ik herinner me eigenlijk niets van mijn vader. Het enige wat me vaag bijstaat, is dat ik vreselijk huilde toen hij de laatste keer met verlof kwam. Dat was omdat ik hem niet herkende.
Ik ben in 1963 getrouwd met Jan van Vuuren, een Nederlander die ik tijdens een vakantie in Scheveningen heb leren kennen. Ik ben toen in Nederland komen wonen. Zijn ouders hebben mij, een Duitse, met open armen ontvangen. Jaren later hoorde ik pas dat mijn schoonvader in de oorlog naar een werkkamp in Duitsland was gestuurd, maar mij hebben ze nooit wat kwalijk genomen. Ik zelf heb ’t door de hele geschiedenis wel altijd moeilijk gevonden dat ik uit Duitsland naar Nederland kwam. Voelde ik heel veel pijn, want ik ben tenslotte ook Duitser. Dan vraag ik me af hoe het allemaal heeft kunnen gebeuren. En ik kan er in principe helemaal niets aan doen, maar ik ben wel Duitser. Het was en is zó dubbel.
Loewe, Brunhilde, geboren in 1942 vertelt een verhaal:
Boppard werd zwaar gebombardeerd. Als er later vuurwerk werd afgestoken, huilde ik vreselijk. Niemand wist waarom, maar het was zo. Ik schrok in elkaar bij elke knal. Pas veel later realiseerde ik me dat de knallen van het vuurwerk me deden denken aan de knallen van de bombardementen over Boppard. Dan vluchtten we altijd naar de kelder. Rennen, vliegen, je voelde het van binnen. En dan vlogen we met z’n allen de kelder in. Dus het huilen om de knallen van het vuurwerk is eigenlijk om de knallen van de bombardementen.
Loewe, Brunhilde, geboren in 1942 vertelt een verhaal: