BIOGRAFIE
Ik ben Ria Kitselaar en ik ben op 20 november 1934 geboren in Driebergen-Rijsenberg. In 1936 verhuisden we naar het Soesterkwartier in Amersfoort en daar heb ik als kind de oorlog meegemaakt.
Toen de oorlog uitbrak, was ik nog net 5 jaar en als kinderen, ik had twee broertjes en een zusje, wisten we wel wat er aan de hand was. We wisten dat de Duitsers gekomen waren en dat niemand meer iets te vertellen had, want de Duitsers waren de baas. Dat was voor ons toch wel een heel raar idee. Onze ouders spraken er dus wel over met ons, maar heel erge dingen probeerden ze voor ons te verzwijgen.
Maar ik was wel bij de hand en voelde ook de spanning van m’n moeder als m’n vader niet thuis kwam. Dan was ze altijd bang dat hij opgepakt was. En als je dan Duitsers door de straat aan hoorde komen lopen met die ijzers onder hun laarzen, dan waren wij ook altijd bang, en als ze dan weer voorbij het huis waren, dan zei mijn moeder wel: goddank.
Mijn vader werkte bij de voedselvoorziening en hij had ook papieren zodat hij niet opgepakt kon worden, maar het bleef altijd spannend. Ook omdat hij een beetje in de illegaliteit zat. Ik weet niet wat hij precies deed, maar we hebben altijd mensen in huis gehad. Ook gevluchte gevangenen uit Kamp Amersfoort en ze heetten altijd ‘ome Wim’, omdat mijn vader Wim heette en als wij eventueel ons mond voorbij zouden praten, dan zouden het familieleden kunnen zijn.
Ik weet nog dat we een volkstuintje hadden op de grens van Amersfoort en Soest. Ik vond het ontzettend leuk om daar met m’n vader te werken en op een keer kwamen we thuis en toen stond m’n moeder achter de poort een gat in de tuin te graven om de gevangeniskleren te begraven: ‘We hebben er weer een’, zei ze tegen m’n vader, ‘en je hebt al bijna niets meer in de kast hangen.’ Wij mochten niet met die onderduikers praten, omdat ze bang waren dat wij er met andere over zouden praten. Dat vond ik heel raar en daar hield ik me dus ook niet aan. Een van hen heeft zelfs een gedichtje in mijn poëziealbum geschreven en dat heb ik altijd bewaard.
Foto’s – boven Ria (rechts) 1940; midden: vaders bewijs ‘politieke betrouwbaarheid; onder vader bij voedseluitdeling Amersfoort bevrijding
Kitselaar, Ria, geboren in 1934 vertelt een verhaal:
Toen wij na de evacuatie terugkwamen in Amersfoort, kregen we een meisje van mijn leeftijd in huis. Ze kwam uit Rotterdam, want die stad was plat gebombardeerd en veel kinderen zijn toen ergens ondergebracht. Rieki heeft een poosje bij ons gewoond, is ook gewoon met ons naar school gegaan en toen is ze weer naar huis gegaan. Zo zijn er wel meer kinderen bij ons in huis geweest. Aan het eind van de oorlog hadden we een jongen uit Zeeland in huis, want de mensen waren bang dat ze op Walcheren de dijken zouden doorsteken. Hij is een tijdje bij ons geweest en is weer teruggegaan toen het gevaar geweken was. Dat was heel normaal toen.
Kitselaar, Ria, geboren in 1934 vertelt een verhaal: