Zegt iets over Hitler en politiek:
“Vaders ‘hechte vriendschap’ met Heydrich heeft ons er doorheen geholpen”- Zegt iets over Het verzet:
“Die aannemer had een lintje moeten krijgen” 
Zegt iets over Het verzet:
“Kan ik m’n mond houden en wat gaat er met me gebeuren?”
BIOGRAFIE
Ik ben Jan Willem Driebergen, in 1926 geboren in Amersfoort. Wij hebben altijd in Amersfoort gewoond, ‘op de berg’ zoals ze dat hier zeggen. Ik was 14 toen de oorlog uitbrak en ik vond het eerlijk gezegd wel spannend. Het kwam voor mij niet als een verrassing.
Ik had een oom bij de Geheime Dienst en hij had mijn ouders al in 1939 verteld dat er oorlog zou komen. Mijn moeder was ontzettend anti-Duits, mijn vader was veel laconieker.
Hij was directeur van een handelmaatschappij met Duits agentschap en hij kwam ook veel in Duitsland. Hij schermde op hoog niveau en hij heeft twee keer meegedaan aan de Olympische Spelen: eerst in 1928 in Amsterdam en toen 1936 in Berlijn.
Pas veel later werd gediscussieerd over de vraag of die Spelen in Berlijn niet geboycot hadden moeten worden. Toentertijd speelde dat helemaal niet; het was een beloning voor jarenlang trainen en iedereen was trots om naar de Olympische Spelen te gaan.
Maar hoe vaak mijn vader ook in Duitsland kwam, hij is altijd wel goed anti-Duits gebleven. Daar zorgde mijn moeder wel voor! Zij was zo fel, dat ze vaak ook het gevaar niet zag.
Ik weet nog dat we in 1936 in Duitsland kampeerden en dat mijn ouders ruzie maakten met mensen die zeiden dat Hitler zo goed was. Ze waagden toen al veel. M’n moeder heeft van begin af aan ook iedereen gewaarschuwd tegen de Duitsers.
In 1942 kwam mijn moeder in actie. Het was het moment dat onze Joodse overburen uit hun huis werden gezet, omdat het door de Duitsers werd gevorderd.
Die vader, moeder en twee zonen kwamen toen bij ons in huis, totdat vader Manassen zich moest melden en het hele gezin besloot onder te duiken. Ze hebben gelukkig alle vier de oorlog overleefd. Wij hebben ze in de oorlogsjaren regelmatig bezocht en de nodige bonnen gebracht. Op deze manier zijn we geleidelijk in het verzet gerold. Dat begon met het helpen van Joodse onderduikers en het groeide uit tot allerlei contacten met andere verzetsmensen, organisaties en ook knokploegen, zoals de LKP (landelijke knokploeg) uit Soest, waardoor we ook weer onderduikers kregen. Ik rolde er natuurlijk van lieverlee in en deed volop mee. Al met al denk ik dat zo’n honderd mensen het gered hebben dankzij het werk van mijn ouders.
Foto’s Rechtsboven Jan Willem 1941; daaronder vader Driebergen; 2de van onder, de schuilkelder voor de onderduikers; helemaal onder landelijke knokploeg Soest juni 1945 met Jan Willem
Driebergen, Jan Willem, geboren in 1926 vertelt een verhaal:
Vader maakte deel uit van de Nederlandse schermequipe tijdens de Olympische Spelen in Berlijn in 1936. Daar heeft hij Reinhard Heydrich ontmoet, die captain was van de Duitse schermploeg. Mijn vader heeft in de oorlogsjaren tijdens alle verhoren en arrestaties dankbaar gebruik gemaakt van die ontmoeting met Heydrich, want dan vertelde hij de Sicherheitsdienst (SD) dat Heydrich een goede vriend van hem was, dat ze samen in de schermwereld zaten en dat ze elkaar in Berlijn ontmoet hadden.
Je moet weten dat die Heydrich een van de allergrootste oorlogsmisdadigers van het Duitse Rijk was. Hij was namelijk de regisseur van de Endlösung, het oplossen van het Jodenvraagstuk. Hij is in 1942 in Tsjecho-Slowakije geliquideerd en sindsdien werd hij door een groot deel van Nazi-Duitsland, de SS en de SD, verheerlijkt. Het verhaal van mijn vader maakte dan ook altijd heel veel indruk op de Duitsers en gelukkig kon die dode Heydrich het allemaal toch niet meer ontkennen. Die ‘hechte vriendschap’ met Heydrich heeft hem en ons er meerdere malen doorheen geholpen.
Driebergen, Jan Willem, geboren in 1926 vertelt een verhaal:
Een aannemer uit Amersfoort had een heel mooie schuilruimte bij ons in huis gebouwd, we konden er met 12 man in. Ten Hoven …. ik heb nooit meer iets over hem gehoord, het aannemersbedrijf bestaat ook niet meer, maar die man heeft ontzettend goed werk gedaan. Hij heeft op een heleboel plekken op bij ons bekende adressen voor eigen risico prachtige schuilplaatsen gemaakt, hij had er een lintje voor moeten krijgen.
Driebergen, Jan Willem, geboren in 1926 vertelt een verhaal:
